Wat is de oorzaak van de achterblijvende toegevoegde waarde van kwaliteits- en KAM systemen?

Wat wordt de toekomst van de kwaliteitsmanager?

  Artikel
 

De functie van de kwaliteitsmanager gaat veranderen. De toegevoegde waarde van de huidige kwaliteits- en KAM-systemen is in de meeste gevallen te gering. De teruggelopen economie, een te beperkte output en actuele ontwikkelingen hebben de huidige realiteit ingehaald. Organisaties hebben behoefte aan vernieuwing en resultaatgericht werken. Dat betekent een andere rol voor de traditioneel ingestelde kwaliteitsmanager en de gedetailleerde managementsystemen. Doen we het met zijn allen dan niet goed? En hoe moet het dan wel? Rogier Gerritsen en Olaf van den Berg, senior consultants bij Q-Consult geven hun ideeën. Ze putten uit hun vele ervaringen opgedaan bij tientallen organisaties.

 

Kwaliteitsmanagement is al sinds jaar en dag een belangrijk managementthema. En dat zal ook niet veranderen. Het beheersen van de kwaliteit van producten en diensten, het beheersen van processen en het voldoen aan en overtreffen van de verwachtingen van klanten, blijft natuurlijk van groot belang. En tóch is er op het gebied van kwaliteitsmanagement een verandering op komst. Niets nieuws onder de zon overigens; de afgelopen decennia heeft dit vakgebied zich voortdurend geëvolueerd.

In eerste instantie concentreerde de 'kwaliteitsafdeling' zich voornamelijk op het uitvoeren van metingen en controles. De kwaliteitsmanager was vooral verantwoordelijk voor de meetkamer of het laboratorium en de uit te voeren controles. Toen aan het einde van de jaren 80 de ISO 9001-norm werd geïntroduceerd, schoof de taak van de kwaliteitsmanager op naar 'systeemverantwoordelijke' . De kwaliteitsmanager ontwikkelde procedures en hield het handboek up-to-date. In de jaren '90 werden langzaam maar zeker ook milieu, Arbo en eventueel hygiëne (voedingsmiddelenindustrie) onderdeel van het takenpakket van de kwaliteitsmanager. De KAM-manager werd 'geboren'. Toen in het jaar 2000 de ISO 9001:2000-norm werd geïntroduceerd, verschoof het takenpakket opnieuw: Procesmanagement en klantgerichtheid waren de hoofdthema's. Maar hoe ziet de toekomst er nu uit? De ontwikkeling bij Pack-Up (een gefingeerde organisatie) is hier een goed voorbeeld.


De case van de 'Pack-up'-organisatie
Pack-Up is onderdeel van Interpack Inc, een Dow Jones genoteerd Amerikaans verpakkingsconcern, en is producent van kunststof verpakkingen. Het bedrijf heeft 160 medewerkers, van wie medewerkers werkzaam zijn in ploegendienst. De grondstoffen die voor de productie worden gebruikt, worden afgenomen van de moederorganisatie. Deze worden geproduceerd door kunststofafval te recyclen, waardoor Pack-Up haar grondstoffen tegen gunstige prijzen kan afnemen. Mede hierdoor heeft Pack-Up in het verleden een goede concurrentiepositie opgebouwd en heeft het een grote klantenkring.

De laatste jaren is er echter sprake van een minder rooskleurige situatie. Intern bestaan er enige onduidelijkheden (te wijten aan de 'communicatie', volgens de directeur) en het klachtenpercentage groeit gestaag. Door een daling van de marktprijzen van kunststofgranulaat is tevens het voordeel van de 'interne leverancier' grotendeels tenietgedaan waardoor er sprake is van een dalend bedrijfsresultaat.

Om hierin kentering te brengen is Pack-Up gestart met een verbeterproject; een 'Total Quality Management'-project. Doelstelling van dit project was enerzijds meer structuur in de organisatie te brengen door het opzetten van een (certificeerbaar) kwaliteitssysteem, anderzijds de huidige werkwijze eens grondig onder de loep te nemen en waar mogelijk aan te scherpen en effectiever en efficiënter in te richten.
Voor dit project werd een kwaliteitsmanager aangesteld. Resultaat van het project was vorig jaar het met trots door de directeur gepresenteerde ISO-certificaat.
Het kwaliteitssysteem wordt beheerd door de kwaliteitsmanager, die overigens op aandringen van de moederorganisatie inmiddels ook is gestart met het opzetten van een milieusysteem op basis van ISO 14001. Verder heeft hij toekomstplannen op het gebied van Arbo en veiligheid: door de branche-organisatie is een Arbo-convenant getekend wat inhoudt dat Pack-Up eigenlijk ook met Arbo aan de slag zou moeten.

Last but not least is het afgelopen jaar een tweede systeem naast het ISO-systeem geïntroduceerd. Eentje met een financiële grondslag. Vanwege de beursnotering van de moederorganisatie moet het bedrijf voldoen aan de door de Amerikaanse beurs vereiste SOX-regels (Sarbanes Oxley Act). Ook SOX vraagt inzicht in processen. Omwille hiervan is een aantal processen, vooral ten aanzien van de administratieve organisatie, opnieuw uitgewerkt. Om geen verwarring te scheppen, en om het kwaliteitssysteem niet complexer te maken dan het is, is dit systeem apart gehouden van het bestaande kwaliteitssysteem. Dit systeem wordt beheerd door de controller.

Al deze inspanningen ten spijt is Pack-Up nog niet in staat geweest de resultaten daadwerkelijk te verbeteren. Het ingevoerde kwaliteitssysteem leeft niet onder de medewerkers. Feitelijk is er in de dagelijkse gang van zaken niets veranderd, anders dan dat de werkwijze die wordt gehanteerd voor een belangrijk deel op papier staat. Het systeem heeft verder nog geen vruchten afgeworpen.


Wat is de oorzaak van het ontbreken van succes?
De situatie van Pack-Up staat niet op zichzelf. Om het kwaliteitsmanagementsysteem op te zetten is door Pack-Up, net als vele andere organisaties, enthousiast en hard gewerkt in kwaliteitsprojecten. Processen en procedures
zijn afgesproken en in detail op papier gezet. Als dan na een aantal jaren uiteindelijk de balans wordt opgemaakt, blijkt het kwaliteitssysteem minder te hebben opgebracht dan aanvankelijk verwacht. Sterker nog, in veel organisaties is het imago van het systeem zelfs negatief. Het kwaliteitssysteem heeft de lading van papierwerk en bureaucratie.
De vraag is nu, wat de oorzaak is van de achterblijvende toegevoegde waarde van kwaliteitssystemen en KAM-systemen. Een aantal redenen dat ook in het voorbeeld van Pack-Up een rol speelde, wordt genoemd.

  • Systemen staan los van de daadwerkelijke bedrijfsvoering
    De situatie in het voorbeeld van Pack-Up is illustratief voor wat er zich bij veel organisaties afspeelt. In de praktijk blijkt dat er binnen organisaties vaak een tweedeling plaatsvindt tussen de bedrijfsvoering en het managementsysteem. Aan de ene kant wordt er hard gewerkt om de organisatiedoelen te halen, de klanttevredenheid te vergroten en het product te verbeteren. Aan de andere kant staat een los managementsysteem, met de filosofie 'dat het moet van ISO' als insteek. De kwaliteitsmanager bevindt zich hierdoor op een eiland. Efficiënt werken, verbeteren en het tevredenstellen van klanten gebeurt wel, maar los van de kwaliteitsmanager en het managementsysteem. Niet zoals het zou moeten, maar wel een vaak geziene praktijksituatie.
  • Kwaliteitsmanager nog te weinig met laarzen in de modder
    Het beheersen van de complexe managementsystemen in bedrijven is een tijdrovende zaak. Soms zelfs zó tijdrovend, dat de kwaliteitsmanager niet meer toekomt aan de werkzaamheden die er echt toe doen: het samen met de organisatie doorvoeren van verbeteringen. Hierdoor komt de functie van kwaliteitsmanager onvoldoende uit de verf.
  • Explosieve toename aan eisen
    Organisaties hebben tegenwoordig te maken met een scala van eisen en richtlijnen waaraan ze moeten voldoen. Er moet worden voldaan aan eisen van de overheid (wet- en regelgeving), klanten (klanteisen), medewerkers (veiligheid, gezondheid, welzijn, competentiemanagement), verzekeraars (voorkomen van noodsituaties, business recovery, product recall) en de maatschappij in het algemeen (maatschappelijk verantwoord ondernemen, milieu, SOA, code Tabaksblat). Kwaliteitsmanagers en KAM-managers spelen hierin vaak een nadrukkelijke rol. Door de toegenomen hoeveelheid eisen blijft het vaak achter de feiten aanlopen.
  • Er bestaan meerdere management-systemen naast elkaar
    Voor alle hiervoor genoemde eisen en richtlijnen kunnen managementsystemen worden opgezet. Een groot gevaar is dat er een wildgroei ontstaat met aparte systemen voor de verschillende deelonderwerpen. In de praktijk komt dit vaak voor. Omdat het managementsysteem één op één moet overeenkomen met de organisatie-aansturing en bedrijfsvoering, mag het nooit zo zijn dat er meerdere managementsystemen worden gehanteerd. Feitelijk ligt dit ook al besloten in de term 'managementsysteem'. Het is een systeem waarmee de organisatie wordt 'gemanaged', wordt gestuurd. Van een goede manager wordt juist verwacht dat hij overzicht heeft en afwegingen maakt tussen verschillende belangen. Dat kan niet als vanuit meerdere systemen wordt gewerkt.

Maar ... hoe moet het dan wel?
In de praktijk zien we dat bij bedrijven behoefte is aan vernieuwing. Het thema kwaliteitsmanagement was altijd belangrijk in de bedrijfsvoering en blijft ook belangrijk. Dat er echter meer uit is te halen, is de meeste bedrijven ook duidelijk. Door de steeds sneller veranderende economie en het resultaatgericht werken van organisaties is er behoefte aan dynamiek. De meeste managementsystemen zullen beter omschreven moeten worden. Maar op welke wijze moet hier dan invulling aan worden gegeven? Welke verandering is ook echt een verbetering?
Om u op weg te helpen uw eigen ideeën hierover te ontwikkelen presenteren wij vier denkrichtingen voor de ontwikkeling van de KAM-manager. Elk beschrijft een eigen toekomstige invulling van de rol van de kwaliteitsmanager. Welke het meest geschikt is en welke u moet kiezen, hangt af van uw eigen situatie, uw eigen ervaringen en uw eigen ideeën. Maar dat er iets moet gebeuren, dat is volgens ons klip en klaar.


Noodzakelijke verbeteringen van het managementsysteem

Richten op beheersing van risico's
Organisaties die een managementsysteem opzetten, doen dat om hun processen beter te beheersen en continue verbeteringen mogelijk te maken. Het ultieme doel is echter om de klanten een zo constant en hoog mogelijk kwaliteitsniveau te garanderen. Analoog daaraan heeft een milieumanagement-systeem het uiteindelijke doel de belasting voor het milieu te reduceren. Ook voor Arbo-management gaat dit principe op: een organisatie wil uiteindelijk een veilige en gezonde werkplek creëren voor de medewerkers. Voor alle managementsystemen geldt dat de elementen die zouden leiden tot een verstoring van het ultieme doel beheerst moeten worden. In een kwaliteitsmanagementsysteem moeten dus alle elementen worden beheerst die een eventuele afwijking in kwaliteit zouden kunnen veroorzaken. Bij een Arbo-managementsysteem moeten alle potentiële gevaren voor de gezondheid en veiligheid worden beheerst. Om deze reden is het uitvoeren van een risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) als start van een Arbo-managementproject verstandig. Je weet in dat geval welke risico's er bestaan voor de medewerkers en waaraan het Arbo-managementsysteem uiteindelijk moet bijdragen. Dezelfde methodiek gaat op voor milieu.

Documentatie, maar géén papieren tijger
Veel organisaties hebben de angst dat het opzetten van een managementsysteem leidt tot een 'papieren tijger' die weinig toegevoegde waarde heeft. Niemand zit te wachten op een dik handboek waarin gedetailleerd omschreven staat hoe men moet werken. Wel willen medewerkers praktische hulpmiddelen om kwaliteit te beheersen, milieu-uitstoot te verminderen en veiligheid te verbeteren. Nog te vaak zitten we met de ballast uit de jaren tachtig en negentig, waarin voor managementsystemen dikke, bureaucratische en stoffige boeken zijn geschreven.

 


Laat documenten opstellen door medewerkers die ermee moeten werken

Waak daarvoor, door niet te veel te omschrijven. Beschrijf alleen die dingen, die in verband met risico's op het gebied van kwaliteit, Arbo en milieu echt noodzakelijk zijn voor de gebruikers. Wees niet te benauwd uw systeem op te schonen en documentatie weg te gooien. De kracht van het systeem ligt in de eenvoud. Omschrijf alleen die processen die noodzakelijk zijn om risico's in te dammen. Laat de documenten opstellen door medewerkers die ermee moeten werken en zet het systeem zo eenvoudig mogelijk op. Bevorder het gebruiksgemak door het managementsysteem digitaal te maken en werk hierbij met zoeksleutels.
 

Hoe nauwkeurig en gedetailleerd een systeem moet zijn, is afhankelijk van drie factoren. In de eerste plaats de vakbekwaamheid en het verloop van het personeel. Hoe groter de noodzakelijke vakbekwaamheid en hoe hoger het verloop, hoe gedetailleerder de activiteiten beschreven dienen te worden. Ten tweede de omvang van de organisatie en de complexiteit van de processen. Hoe groter en complexer de organisatie hoe meer men zal moeten vastleggen.
De derde factor betreft de mate waarin de werkzaamheden kritisch zijn voor het proces (risico = kans x gevolg). Hoe groter de kans op fouten bij een activiteit en hoe ernstiger het gevolg bij dergelijke fouten, hoe gedetailleerder de activiteiten beschreven moeten worden.


Vier mogelijke ontwikkelrichtingen van de KAM-manager

1. De KAM-manager wordt de rechterhand van de controller
Recente boekhoudschandalen van beursgenoteerde ondernemingen, waarbij faillissementen en enorme koersdalingen het gevolg waren van slecht ondernemerschap, resulteerde in de Verenigde Staten in januari 2002 in de Sarbanes Oxley Act (SOX). In Nederland kwam de discussie over 'Corporate Governance' in een stroomversnelling door de gebeurtenissen bij Ahold. De Europese Commissie heeft plannen voor een 'Corporate Governance Code' geïntroduceerd en in Nederland is in juli 2003 de conceptcode van de commissie Tabaksblat verschenen. De SOX-regeling is een nieuwe eis aan organisaties. Ditmaal worden de eisen gesteld aan de Controller of de financieel verantwoordelijke. Echter, de relatie tussen de SOX-eisen en KAM-management is groot. De basis van de regeling is de eis dat uw administratieve organisatie, uw processen en uw interne controle (AO/IC) goed functioneren. Het gaat verder om een goede verdeling van taken en verantwoordelijkheden en het gaat om het op een goede en betrouwbare manier opleveren van informatie (bijvoorbeeld met behulp van de Balanced ScoreCard). Stuk voor stuk elementen waar de KAM-manager al jaren ervaring in heeft. De KAM-manager zal daarom in de toekomst vanuit de financiële hoek worden aangestuurd en zal als rechterhand van de financiële directeur of controller gaan opereren.
Deze verschuiving kan grote voordelen met zich mee brengen. De financiële zwaargewichten in organisaties hebben doorgaans flink wat in de melk te brokkelen. Via deze weg kan het beheersen van processen, het creëren van duidelijkheid in taken en verantwoordelijkheden en het sturen met behulp van prestatie-indicatoren echt op de managementagenda worden geplaatst.

2.De KAM-manager wordt verbetermanager en wordt afgerekend op besparingen
De kwaliteitsmanager van de toekomst zal meer en meer 'met de laarzen in de modder' staan. Hij is actief op zoek naar verspillingen in de organisatie en initieert projecten die leiden tot kostenbesparingen en efficiency-verbetering. En indirect tot verbetering van de winstgevendheid (en daardoor tot aandacht van het topmanagement). Een voorbeeld is Motorola. Vlak voordat de switch werd gemaakt van het 'oude kwaliteitsdenken' naar de focus op verbeteren, zei de verkoopmanager van Motorola: 'The real problem is that our quality stinks', doelend op het negatieve imago van de bestaande kwaliteitssystemen. Inmiddels werkt Motorola al jaren, en als één van de eersten, volgens het succesvolle Six Sigma-concept.

In de verbetergerichte invulling van de functie van KAM-manager blijft klantgerichtheid uiteraard voorop staan. Net als in de bestaande visies op kwaliteitsmanagement. Nieuw zijn echter de volgende basisprincipes:

  • Het verbeteren van bedrijfsresultaten. De winstgevendheid wordt voorop gezet;
  • De kwantitatieve insteek: 'no data, no talk';
  • Elimineren van alle verspillingen
Voorbeelden van programma's die door KAM-managers kunnen worden getrokken zijn Six Sigma en Lean Manufacturing. Six Sigma is een methodiek om systematisch mogelijkheden te onderzoeken voor kwaliteitsverbetering, kostenbesparing en doorlooptijdreductie. Nadat in de Verenigde Staten het Six Sigma-programma furore heeft gemaakt, voeren steeds meer Nederlandse bedrijven dit programma in. KAM-managers worden opgeleid tot Black Belts om verbeterteams te kunnen begeleiden.
Lean Manufacturing richt zich op het elimineren van verspillingen (Muda, volgens Toyota). De kwaliteitsmanager werkt aan projecten die zich richten op het verbeteren en voorkomen van onderstaande verspillingen:
  • Fouten en afkeur: Het gaat hier om fouten in de productie, verzendfouten, buiten specificaties produceren, afkeur produceren, ... enzovoort;
  • Wachten: Wachten door storingen, wachten op de volgende order, wachten bij het omstellen, wachten op grondstoffen, ... enzovoort;
  • Controleren: Het controleren van de kwaliteit of volledigheid van producten;
  • Herbewerken: Herbewerken na intern geconstateerde fouten;
  • Voorraden: Voorraden grondstoffen, halffabrikaten en eindproduct;
  • Overprocessing: Meer produceren dan wordt gevraagd, zowel in fysieke als in kwalitatieve zin;
  • Bewegingen: Alle onnodige bewegingen van een order en een product door de organisatie.
3. De kwaliteitsmanager wordt riskmanager
In organisaties lopen dingen vaak anders dan verwacht. Soms in positieve zin, maar vaak ook niet. Dan gaat er kostbare tijd verloren met het blussen van brandjes. Tijd die vaak beter geïnvesteerd had kunnen worden in het voorkomen van de 'brand'. Risicomanagement is het geheel van activiteiten en maatregelen gericht op het structureel beheersen van risico's waaraan organisaties worden blootgesteld. Door de toepassing van risicomanagement ontstaat er binnen de onderneming beter inzicht in de mogelijke risico's, met daarbij een helder beeld van de te treffen maatregelen om deze risico's te voorkomen, respectievelijk te reduceren of te beheersen.

De kwaliteitsmanager van de toekomst zal zich bezighouden met het beheersen van de risico's. Het gaat om alle soorten risico's: het risico van ongevallen, het risico van het verliezen van een klant, het risico op brand, het risico dat medewerkers minder gemotiveerd raken, het risico dat te weinig wordt geïnnoveerd ... enzovoort. Betekent dit nu dat alle risico's binnen een organisatie beheerst moeten worden? Het is een nobel streven om alle risico's voor de volle 100% uit te kunnen sluiten. Echter, het is ook een utopie. Risico's zullen altijd blijven bestaan. In meer en mindere mate worden we elke dag geconfronteerd met gevaren en bedreigingen. Het is onmogelijk deze allemaal te beheersen. De agenda van het management en de kwaliteitsmanager zal worden bepaald door telkens gestructureerd een goede afweging te maken tussen de verschillende risico's.

Vaak wordt het vastleggen van de werkwijze in procedures als oplossing gezien voor het beperken van risico's. Een bekend fenomeen voor de kwaliteitsmanager van nu. Hierin zit een kern van waarheid. Een deel van de risico's is inderdaad te vermijden door mensen volgens vaste procedures te laten werken. Echter in veel gevallen is het niet 'de oplossing'.
In een onderneming lopen namelijk twee structuren door elkaar heen. De ene, de formele organisatie, is vastgelegd in procedures en de andere, de informele organisatie, blijft vaak ongrijpbaar. De eerste vindt vooral zijn oorsprong in de managementsystemen zoals voorgeschreven door de ISO 9001: 2000-norm. Door middel van het vasdeggen van werkwijzen in procedures tracht de organisatie de totale kwaliteit te verhogen. Dit houdt tegelijkertijd het beperken van de risico's in. De informele organisatie komt voort uit de aanwezige medewerkers en is veel flexibeler, krachtiger en invloedrijker, dan de formele organisatie. Gemiddeld genomen functioneert een bedrijf voor 25 % via het formele circuit en loopt 75% langs informele lijnen. De kwaliteitsmanager zal dus vooral hier zin, tijd en energie aan moeten besteden.

4. De KAM-manager als schakel tussen extern opgelegde eisen en de interne organisatie
De eisen die aan organisaties worden gesteld nemen in aantal en omvang toe. Niet alleen de wetgeving verandert en neemt toe, ook richilijnen van klanten, eisen van stakeholders zoals verzekeraars en de eisen van de maatschappij en de directe omgeving nemen toe. In de dagelijkse praktijk van een organisatie betekent dit dat er aan steeds meer richtlijnen moet worden voldaan. Richtlijnen die voor een belangrijk deel op elkaar lijken.

 


Bedrijven functioneren voor 25% langs formele en voor 75% langs informele lijnen

Een goed voorbeeld is de Sarbanes Oxley richtlijn. Of wat dacht u van de richtlijnen van de commissie Tabaksblat? Of van 'loss control' en 'business recovery'-standaarden die verzekeraars uitvaardigen? Voedselveiligheid? Energiebeheer? Health & Safety? Wetgeving? Convenanten? Het zijn stuk voor stuk eisen die aan een organisatie worden gesteld waarvoor het één en ander moet worden opgetuigd. In toenemende mate zullen we een integrale benadering zien bij het voldoen aan deze externe eisen. In de nabije toekomst zal de vraag of integratie zinvol is steeds minder worden gesteld. Managers zullen, mede door schade en schande, steeds meer ontdekken dat een integrale benadering de enige en juiste weg is. De kwaliteitsmanager wordt hiermee de schakel tussen de extern opgelegde eisen en de interne organisatie. Hij is voortdurend in gesprek met externe partijen en vertaalt hun eisen en wensen naar interne projecten en verbeteringen. Als zodanig is hij lid van het managementteam en bepaalt hij de managementagenda op alle gebieden die niet intrinsiek door het management worden opgepakt, echter wel noodzakelijk zijn voor het voortbestaan van de organisatie. De kwaliteitsmanager wordt hiermee manager 'duurzaam ondernemen'.
 

Kortom ...
Om concurrerend en succesvol te ondernemen, moeten organisaties tegenwoordig voldoen aan hoge eisen ten aanzien van de 'producten' die worden geleverd en de dienstverlening die hierbij hoort. Organisaties moeten zich kunnen aanpassen aan de dynamiek van de markt. Dit betekent continu veranderen en continu verbeteren. Een goede invulling van de functie van kwaliteitsmanager en de opzet van het managementsysteem is hierbij van groot belang.

Dat betekent dat er in veel organisaties iets moet veranderen. In dit artikel zijn hiervoor vier bewegingsrichtingen geschetst. Het kan goed zijn dat u al één van deze wegen was ingeslagen. Of wellicht kiest u voor een combinatie van twee richtingen. Want voor alle richtingen is iets te zeggen. Er moet inderdaad worden voldaan aan alle eisen en verplichtingen, ook die uit de financiële wereld. De toegevoegde waarde van het thema kwaliteitsmanagement moet inderdaad omhoog. Risico's moeten worden geëlimineerd, en managementsystemen moeten inderdaad integraal worden benaderd. Hoe gaat u de kwaliteitsmanager van de toekomst positioneren?

 

WEBISO is een software om deze managementsystemen te digitaliseren. Klik hier voor meer details hierover.

 

Voor meer informatie over WEBISO, bel ons op het nummer +32 (0)3 280 00 00, email naar info@webiso.be of schrijf in voor een van onze gratis workshops.


Ockham • Mevr. Courtmansstraat 20 • B-2600 Antwerpen • Tel. +32 (0)3 280 00 00 • Fax +32 (0)3 280 00 01

www.webiso.be

More info - Disclaimer